Extra aflevering: Eelco Heinen (Tweede Kamerlid voor de VVD) over de financiële sector (transcriptie)

Transcriptie: Eelco Heinen

Dit is Leaders in Finance: een podcast waarin we op zoek gaan naar de mens achter het succes. We praten met leiders van nu en later over hun drijfveren, carrière en privéleven. Waarom? Omdat er meer gesproken moet worden in de financiële sector. We willen de partners van deze podcast hartelijk bedanken voor hun steun, dat zijn: KAYAK, EY, Odgers Berndtson executive search en Roland Berger. Je host is Jeroen Broekema.

Jeroen: Welkom bij een nieuwe aflevering van Leaders in Finance. Deze aflevering is onderdeel van een tweetal extra afleveringen waarin ik met volksvertegenwoordigers bespreek hoe zij naar de financiële sector kijken. Vandaag te gast is Eelco Heinen, Kamerlid voor de VVD. Welkom, Eelco!

Eelco: Dankjewel!

Jeroen: Leuk dat je er bent en we hebben afgesproken dat ik ‘je’ en ‘jij’ mag zeggen, dank daarvoor! Ik zal je kort introduceren. Na zijn bachelor Algemene Economie behaalde hij twee masters in internationale betrekkingen en macro-economie aan de Universiteit van Amsterdam. Na zijn studies was hij van 2007 tot 2011 beleidsmedewerker bij het Ministerie van Financiën en vervulde vervolgens functies als Senior Beleidsmedewerker Financiën, Hoofd Beleid en Politiek Secretaris voor de Tweede Kamerfractie van de VVD. Inmiddels is hij al bijna twee jaar lid van de Tweede Kamer, in zijn portefeuille zitten onder andere de rijksbegroting, financiële markten, het Europees en internationaal monetair beleid, macro-economisch beleid en Europees economisch beleid. Eelco zet zich in voor een sterke economie die werkt voor de mensen. Hij woont in Den Haag, is getrouwd en heeft twee kinderen. Aan jouw portefeuille te zien heb jij de perfecte positie in de volksvertegenwoordiging om met Leaders in Finance te spreken. Nogmaals, heel erg leuk dat je er bent. Ik zou het leuk vinden om eerst kort met jou kennis te maken. Wat typeert jou nou als mens en als Kamerlid?

Eelco: Als mens is dat natuurlijk een hele filosofische vraag, maar als Kamerlid denk ik dat ik voornamelijk gedreven ben door de inhoud. Dat past ook wel bij de financiële portefeuille. Maar ik vind dat politiek uiteindelijk start bij de inhoud en van daaruit maken we het politieke.

Jeroen: We noemden al een beetje in de introductie alle onderwerpen, maar met welke onderwerpen ben je nou het meeste bezig?

Eelco: Het is heel breed, ik denk echt alle macro-economische onderwerpen, de euro is natuurlijk een terugkerend thema. We hebben het binnenkort over de toekomst van de bankensector, die heb ik zelf geïnitieerd om daar eens over te spreken. Maar waar ik ook heel druk mee ben is achter de schermen, de voorjaarsnota, najaarsnota, de onderhandelingen rond de begroting. Gaan we wel of niet bezuinigen? Inflatie, de totstandkoming van het regeerakkoord, daar ben ik heel druk mee geweest. En dat is voornamelijk wat je achter de schermen doet. Daar krijg je als kijker wat minder van mee.

Jeroen: En waarom de politiek? Hoe ben je daartoe gekomen?

Eelco: Dat was een lange tocht, totdat ik me besefte dat daar mijn passie lag. Uiteindelijk merkte ik het in mijn eerste studie, dat was Hogere Informatica. Maar terwijl ik die studie deed, kwam ik erachter dat ik het hartstikke interessant vond, maar het was niet waar ik mijn studie aan wilde besteden. Ik kwam erachter dat de boeken die ik in mijn vrije tijd thuis las of op het strand, dat ging gewoon over macro-economie, internationale betrekkingen. Toen dacht ik, “Waarom ga ik dat niet studeren?” Toen ben ik eigenlijk opnieuw begonnen, ik heb mijn studie Informatica afgemaakt, maar ik was nog vrij jong. Toen dacht ik, “Ik ga het hele vak doorgronden, ik ga van nul af aan beginnen.” Dat heb ik aan de Universiteit van Amsterdam gedaan en dat ging me eigenlijk zo makkelijk af dat ik dacht, “Ik doe er ook nog politicologie bij.” Dat vond ik altijd een hele mooie mix, dan heb je zowel de macro-economie, dat is echt een cijfermatige studie, en je snapt ook in welke internationale context die macro-economie plaatsvindt. Dus die combinatie vond ik goud en daar wilde ik ook heel graag in mijn verdere professionele carrière mee werken.

Jeroen: Want je werkte eerst als ambtenaar, maar wat was dan het keerpunt dat het toch naar de politieke kant ging overhellen?

Eelco Heinen achter de microfoon bij Leaders in Finance

Eelco: Puur toeval. Ik werkte op het Ministerie van Financiën, dat was tot ongeveer 2011. Toen had je al de kredietcrisis in de Verenigde Staten, die sloeg over naar Europa. Hier stond echt de euro zelf op het spel tijdens de kredietcrisis. Op dat moment was ik werkzaam op het Ministerie van Financiën. De VVD werd toen in 2010 de grootste, dus toen gingen er veel Kamerleden het kabinet in, die namen ook politieke assistenten mee, dat waren medewerkers van de fractie. En toen zocht eigenlijk de VVD fractie nog een goede macro-econoom en via mijn studentennetwerk kwamen ze bij mij uit. En toen dacht ik, “Ik stap over, het is een grote crisis en ik wil aan die knoppen kunnen zitten en meedenken over het bredere economische beleid en ook hoe Nederland zich positioneert.” Ik zag ook de VVD, die was kritisch op de euro. Ik had daar zelf een wat andere visie op, omdat ik ook zag waar we nog stappen moeten maken op de euro. Ik dacht, “Laat ik me nou mijn energie goed besteden en naar de politiek gaan.” Ik dacht, “Ik doe het een paar jaar.” Toen was Halbe Zijlstra fractievoorzitter. Die vroeg mij om de beleidsmedewerkers aan te gaan sturen, dat was een team van 10-15 man. Op de inhoud en dan ben je ook eigenlijk de assistent van de fractievoorzitter. Een hele interessante tijd, middenin die euro-crisis. Daarna kwam Klaas Dijkhoff en die zei, “Ik zou het mooi vinden als je blijft.” Dat heb ik ook gedaan, dan zei ik, “Dan is het wel klaar nu, dan ga ik wat anders doen.” En toen kwam eigenlijk het Kamerlidmaatschap op mijn pad, financieel woordvoerderschap en dan heb je toch wel waar je al die tijd naartoe hebt gewerkt. Daar kan je dan voor gaan, dat heb ik dus ook gedaan.

Jeroen: Hoe anders is het leven als volksvertegenwoordiger dan als manager van het team, inhoudelijke ondersteuners?

Eelco: Toen was ik politiek secretaris, dan ga je eigenlijk over alle onderwerpen. Dus dat kan ook over migratie, woningmarkt, arbeidsmarkt gaan, wat op dat moment politiek speelt. Dat is heel interessant. Ik heb ook een managementtaak verantwoordelijkheid voor een team. Maar als Kamerlid zit je ook zelf bij de onderhandelingen en dat is natuurlijk uiteindelijk als het gaat over het tot stand komen van het regeerakkoord, dat je ook aan tafel kan onderhandelen, zelf de accenten kan zetten en de contouren mee kan ontwerpen, dat is natuurlijk uiteindelijk het allermooiste.

Jeroen: Ja, en het ritme is natuurlijk ook totaal anders, denk ik?

Eelco: Het is niet dat ik minder hard werk, maar je wordt meer geleefd als Kamerlid. Je agenda staat natuurlijk voller, dus daar ga je minder over. Dat zal ook in de financiële sector, naar mate je verder klimt op je politieke carrière, niet anders zijn.

Jeroen: Als je naar het nieuws kijkt van de afgelopen jaren zijn er een aantal onderwerpen die heel dominant zijn. Eén daarvan is inflatie. Is dat iets waar jij je heel erg zorgen over hebt gemaakt of nog heel erg maakt?

Eelco: Zeker. Sterker nog, toen we die inflatie zagen oplopen, en die zagen we al oplopen voor de hele Oekraïne-crisis, toen Rusland Oekraïne inviel, en de energieprijzen gingen stijgen, toen zag je eigenlijk al de inflatie oplopen. Toen het was het debat in de financiële sector en ook onder economen en in de politiek, “Is het nou iets tijdelijks? Gaat het weer weg? Of is het iets permanent?” De algemene deler was wel dat het iets tijdelijks is, en ik zat echt op een andere lijn. Omdat je vaak ziet, als de inflatie oploopt, het kan zich zo snel verbreden in een economie. Dan zie je een kerninflatie oplopen, dat leidt weer tot hogere loonontwikkelingen en voor je het weet zit je in een loon-prijsspiraal. Ik heb me daar altijd heel veel zorgen over gemaakt. Ik heb me ook vaak politiek geuit op dat punt, omdat centrale banken vooral in Europa veel te laat hebben ingegrepen. Het is niet zo dat de schuld allemaal bij centrale banken ligt, dat is echt veel te eenvoudig. De oorzaak van inflatie is de schaarste na de coronacrisis, stijgende energieprijzen, maar ook een te hoge vraag voor het aanbod. Daar heeft natuurlijk het monetaire beleid invloed op. Centrale banken zaten natuurlijk ook lang op de lijn van, “Het is iets tijdelijk, het is transitory en we hoeven niet in te grijpen.” Ook vanuit de gedachte, “Als we te hard ingrijpen hebben we misschien weer een euro-crisis probleem.” Want het afbouwen van die enorme schuld opkopen heeft natuurlijk ook gevolgen voor lidstaten. Ik zat daar echt op de lijn, “Grijp nu snel in en hard. Dat is veel beter, want anders verspreid zich zo’n inflatie door een economie.” Dat is nu ook wat je ziet gebeuren. Centrale banken zijn nu ook echt bezig met in te grijpen, ze lijken ook echt gecommitteerd aan de inflatie aan te pakken. Het einde is alleen nog lang niet in zicht, ik denk dat we de gevolgen daarvan ook echt zullen zien. Vorige week zag je het gebeuren in de Verenigde Staten, dat een eerste bank faillissement aankondigde, althans niet de eerste, maar wel één van de grootste banken. Als gevolg van het hard ingrijpen van de fed die dat moet om ook daar de inflatie te beteugelen. Maar je ziet gelijk de gevolgen in het hele financiële systeem, wat dat met zich meebrengt.

Jeroen: Wat ik heel interessant vind aan jouw verhaal is de rol van de ECB, sommige mensen zeggen dat die helemaal apolitiek moeten zijn en anderen zeggen, “Er mag best wat politiek in.” Het monetaire beleid rondom inflatie is een voorbeeld daarvan, wat jij net besprak. Maar ook natuurlijk als het gaat om duurzaamheid. Hoe kijk jij naar de mate van politiek rondom de ECB?

Eelco: Ik vind het veel te gepolitiseerd, ik vind dat een centrale bank echt totaal onafhankelijk moet zijn en vooral geen politiek en ook geen beleidsvoorkeur. Ook als het gaat om duurzaamheid, hele nobele doelen, ik ben er ook helemaal niet tegen, maar ik vind niet dat dat de taak is van een centrale bank. Wat je hebt gezien in het begin van de euro-crisis, dat is nu al bijna meer dan tien jaar geleden, dat de Europese Centrale Bank toen een hele cruciale rol gespeeld heeft. Whatever it takes en we laten het niet vallen, ik denk dat dat een belangrijk keerpunt was. Vervolgens was echt de zorg, we komen in een lange deflatieperiode, het Japanse model was onze vrees. Dus die centrale banken zeiden, “Op tijd monetair verruimen.” De keerzijde was dat daardoor lidstaten in Europa niet meer gedwongen werden te hervormen via een druk vanuit de financiële markten. Dus ze zijn in die dure tijd en de jaren daarna te weinig hervormd en schulden zijn opgelopen. We staan er nu slechter voor dan aan het begin van de euro-crisis. En ik vind, omdat politiek in de ECB is gesloten, want elke keer een discussie – eigenlijk moet je monetair verkrappen – hoor je wel steeds vaker, “Maar dan hebben we wel een probleem met bijvoorbeeld een land als Italië.” Daar heeft de ECB een nieuw instrument voor ingericht, de TPI. Daar was ik wel echt heel kritisch op, dat ben ik nog steeds. Ik vind dat echt een foute route. Ik denk zelf dat daar te veel politiek in het bestuur van de ECB zit en als je ook kijkt in de samenstelling zie je ook echt oud-politici. En ik vind dat centrale bankieren gewoon saai en degelijk moeten zijn.

Jeroen: Want wat is het risico heel concreet?

Eelco: Het risico is, ik geloof dat een euro alleen kan werken als de lidstaten competitief zijn en hervormen. Hervormen hoeft niet altijd bezuinigen te zijn, het kan ook gewoon zijn je economie hervormen en vooral in zuidelijke landen veel beschermende economieën, het zit gewoon in wet- en regelgeving, dat soort zaken. De enige manier dat die landen hervormen, je kan van het model zijn dat je meer naar een federaal Europa moet, dan ga je dus uit van een regering die kan ingrijpen. Ik ben niet van dat model. Je kan ook zeggen, “Nee, we zorgen dat lidstaten zelf de prikkel hebben om te hervormen.” Dat moet toch echt komen uit de financiële markten en als de centrale bank een te grote rol daarin neemt en zegt, “Ik koop die schulden op”, dan verlaag je de druk, verlaag je de prikkel om te hervormen en dat is wat je nu ook ziet gebeuren. Schuldposities zijn gestegen, hervormingen zijn uitgesteld, en dat leidt er uiteindelijk toe dat een economie minder competitief is, minder groeit en dan is het lastig om uit die problemen te komen. Want hoge schulden, je kan die verlagen door te bezuinigen maar ook door meer te groeien. Voor beide zijn hervormingen nodig. Het grootste risico wat ik zie is dat je die prikkel om te hervormen nu uit de eurozone haalt en dat we dus dan eigenlijk een eurozone worden met lage groei met de hoge inflatie en uiteindelijk gewoon de welvaart van ons continent daarmee tekort doen.

Jeroen: Wat natuurlijk lastig is, waar ligt het mandaat? Het is natuurlijk iets minder duidelijk dan in bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Ik sprak een tijdje geleden Frank Elderson van de Europese Centrale Bank, hij is bestuurder daar. Toen stelde ik ook een vergelijkbare vraag, “Wat is nou politiek en wat hoort nog bij de ECB?” Toen ging het over duurzaamheid, een belangrijk onderwerp voor hem. Hij zei, “Uiteindelijk gaat het erom, als die banken dat nu niet doen, komen zij in gevaar. Dat is dan het mandaat, op basis daarvan moeten wij ingrijpen.” Hoe kijk jij daarnaar?

Eelco: Ik vind dat een echte oprekking van het mandaat. Ik snap de analyse, maar als je dit soort analyses gaat maken, ken ik er ook nog wel een paar. Dan is elk risico uiteindelijk– Dan kan je zeggen dat de dijken in Nederland hoger moeten want als het water stijgt komen de huizen onder water te staan. De asset van de financiële sector komt onder druk te staan, gaat dan de centrale bank over hoe hoog onze dijken zijn? Dus uiteindelijk vind ik dat een centrale bank maar één mandaat heeft, dat is prijsstabiliteit. Ik denk ook een deel het managen van de economie als geheel, dus het kan best zijn dat je zegt dat als er een recessie aan dreigt te komen, dat je monetair verruimt en in een hoog conjectuur dat je monetair verkrapt. Dat hoort er ook bij. Maar daar moet het wel echt bij blijven. De fed heeft een breder mandaat, die zegt, “Je moet ook sturen op werkloosheid.” Die discussie zie je ook in Europa, maar dat zit niet in het mandaat van de ECB. Uiteindelijk is het aan de rechter natuurlijk om te bepalen of een mandaat wordt opgerekt, maar het Hof van Justitie zei ook, “Eigenlijk voelen wij ons niet de juiste partij om daarover te oordelen.” In feite hebben ze gezegd dat de centrale bank het eigen mandaat kan definiëren en dat vind ik echt geen goed pad. Dus daarom voer ik die discussie hier ook politiek. Het is een moeilijke discussie.

Jeroen: Is er draagvlak voor dit standpunt in Nederland en breder in Europa?

Eelco: Het is dubbel. We voelen allemaal een ongemak bij deze discussie want Nederland is ook van de traditie “Centrale banken zijn onafhankelijk.” Dus ik ga niet over hoe de rente is en of een bepaald beleidsinstrument wel of niet goed wordt ingezet. Dat is aan de experts, de monetaire autoriteit. Maar als ik hem heel gekscherend door zou trekken, dan zou je ook kunnen zeggen als centrale bank, “We zien de energieprijs stijgen, dat komt door een conflict of een oorlog in Oekraïne. De enige manier om die prijsstabiliteit te doen is dat de ECB een kernwapen krijgt, want we kunnen het conflict beslechten en dan kunnen de prijzen naar beneden.” Dan zullen we met z’n allen tegen elkaar zeggen, “Daar ligt je mandaat niet.” Dus ergens zit wel een rol van politici, van volksvertegenwoordigers, om aan te geven, “Tot hier reikt het mandaat en niet verder.” En als de juristen zeggen, “We gaan er niet over”, dan vind ik dat we dat fundamentele debat moeten voeren en tegelijkertijd een verdragswijziging in Europa, dat is natuurlijk een heilloze weg.

Jeroen: Wat ik me kan voorstellen, wat het lastige hier volgens mij als politicus is, maar dat is mijn idee daarbij, zijn twee dingen. Vind je dat iets wel of niet bij een mandaat hoort? Gewoon bijna theoretisch: dit is waarom we deze institutie ooit zijn gestart. Versus wat ze nu eigenlijk doen. Daar kan ik het inhoudelijk wel mee eens zijn, maar ik vind eigenlijk nog steeds dat dat niet bij hun mandaat hoort. Dat gaat volgens mij hier door elkaar heen spelen: wat vind ik ervan dat ze doen? Als ze dan ook nog iets doen waar ik het niet mee eens ben, dan is het nog makkelijker om er tegen te zijn, maar als ze iets doen waar ik het wel mee eens ben, maar ik vind niet dat het binnen een mandaat hoort, dan wordt het natuurlijk moeilijk.

Eelco: Ja, en precies deze troebelheid zie ik in de discussie. Want op zich, de koers die ze verleggen vinden we allemaal belangrijk. De duurzaamheid, we zien allemaal de risico’s, we vinden het belangrijk. Maar daarom noem ik ook altijd gekscherend het kernwapenargument. Want je voelt dat direct in je onderbuik, “Dit is bespottelijk, dat is belachelijk.” Dus ergens zit dus wel blijkbaar een oordeel over een mandaat. En ik vind dat ook politici daar een say in hebben. Tegelijkertijd zijn er ook heel veel politici die zeggen, “Ze moeten juist meer doen en meer werkloosheid.” Dus als je aan verdragswijziging begint, het zal nooit op de manier eindigen zoals ik dat wil, dus dan kun je het maar beter bij het huidige mandaat houden, maar wel de druk blijven opvoeren. Dat is iets wat ik met de Minister van Financiën bespreek, zorg dat je in de eurogroep maar ook het bestuur van de ECB aanschuift, zorg dat je die discussie met elkaar aangaat en dan mag het dus ook de ECB zijn die landen aanspreekt en zegt, “Wij worden in een rol gedwongen omdat jullie als politici niet handelen.” Ik vind dat die dialoog best mag plaatsvinden. En dan gaat het dus niet over hoe hoog de rente is, want dat is echt niet aan politici. Maar de dialoog tussen de centrale banken en overheden, die juich ik heel erg toe.

Dit is Leaders in Finance met Jeroen Broekema.

Jeroen: Ik wil het met je hebben over technologie, overigens ook weer een link met de ECB want je bent ook rapporteur voor de CBDC, begreep ik. Maar over technologie, mijn collega Emma had in de voorbereiding wat dingen over jou verzameld die we konden vinden. Ze zei ook, “Je moet het niet verbieden maar reguleren.” Dat heb jij volgens mij ergens gezegd?

Eelco: Ja.

Jeroen: Kan je dat toelichten en kan je ook wat voorbeelden daarvan geven?

Eelco: CBDC’s zijn natuurlijk een publiek initiatief. Dus de digitale euro, maar je hebt natuurlijk ook private crypto’s. Ik ben zelf van de lijn, als er innovatie is zie ik heel snel in de politiek een reactie komen, “Er zitten speculatieve elementen in” of “We zien misstanden, dan moeten we het maar verbieden.” Ik ben een liberaal en mijn primaire reactie zal altijd zijn, “Het is mooi dat er een bepaalde technologische ontwikkeling is.” De hele blockchain en alles wat daarachter zit is ongelooflijk interessant, ik denk ook een belangrijke basis voor de toekomst van de financiële sector. Dus het verbieden, dat vind ik eigenlijk luiheid. Want dat dwingt je niet om zelf na te denken, “Hoe kunnen we het dan reguleren?” Over die hele regulering is natuurlijk een hele discussie, voornamelijk ook in Europa. Er komt veel regulering aan. Een ontwikkeling in de financiële sector, die samensmelting daarvan gaat zo snel dat de wetgeving daar altijd achteraan loopt. Wat ik zie gebeuren is dan heel snel de reactie, “Laten we het dan maar verbieden.” Dat vind ik gewoon niet goed. Ik vind dat je erop moet wijzen wat de risico’s zijn. Je zag het voornamelijk bij jongere mensen die eigenlijk nog nooit echt een financiële crisis hebben meegemaakt, die dachten, “Beleggen in crypto’s is een soort van winstverdubbelaar.” Ze komen nu van een koude kermis thuis. Dus voorlichting is belangrijk, transparantie, je handelsplatformen aan regulering, onderwerpen. Laat ook de markt gewoon met mooie initiatieven komen en kijk wat eruit komt. Dus verbieden an sich zou voor mij als liberaal altijd de laatste stap zijn.

Jeroen: We hebben overigens ook de CEO van Bitvavo hier in dezelfde verhouding gehad als geïnterviewde. Het is natuurlijk een ontzettend gegroeid bedrijf, maar dat betekent dus wel dat de regulering ook snel moet zijn. Bijvoorbeeld Bitvavo valt in handen van Wwft, we komen straks op de witwasbestrijdingswet. Maar als je dat dus wil, moet je snel zijn. Dat betekent dat de politiek snel moet zijn en de toezichthouder.

Eelco: Dit gaan we nooit goed krijgen, dus de private sector ontwikkelt in een moordend tempo en de publieke sector loopt er altijd achteraan. Want eerst moet je erachter komen dat een bepaalde ontwikkeling er is, dan kom je er vervolgens achter dat er misschien iets mis gaat of dat regulering nodig is. Dan moet de regulering ontwikkeld worden. Dan is de private sector natuurlijk alweer tien stappen verder. Dus je zal er altijd achteraan blijven hobbelen, maar het moet inderdaad wel gebeuren. En wat je nu ziet – en dat is wel een zorg die ik heb – is dat Nederland het op zich op fintech goed doet, maar uiteindelijk, als je door wil groeien van een startup naar een scaleup versie, doe je dat toch liever in het buitenland en niet in Nederland. De toezichthouder heeft daar een rol in, maar ik vind dat we verder moeten kijken en ook kijken naar, “Hoe kunnen we nou ook de scaleup fase van startende bedrijven hier houden?” Ik vind het mateloos interessant wat er nu in de financiële sector gebeurt. Nogmaals, Nederland doet het goed als het gaat om fintech, maar volgens mij was er vorige week in Frankrijk een agenda gepresenteerd van, “We willen hier de lead in zijn over tien jaar in deze hele industrie.” Dan zie je de hele power van de overheid erachter en de private sector. Als wij op onze Hollandse manier zeggen, “Laat de markt maar een beetje ontwikkelen”, ik denk dat je dan uiteindelijk ook die sector gaat verliezen. Dat zou ik erg zonde vinden.

Jeroen: Hoe zou je sneller kunnen reguleren? Want dat is dus eigenlijk wat je wil, je wil consumenten tot een bepaalde basis beschermen in ieder geval, kan ik me zo voorstellen, als ik jou goed beluister. En tegelijkertijd wil je ook dat toezichthouders weten wat ze precies moeten toezicht houden.

Eelco: Ja, dit is de hele zoektocht. Regelgeving in Europa zou altijd Europees moeten, vind ik. Dus dat je een gelijk speelveld hebt. En ik ben me op dit moment aan het verdiepen hoe nou precies het toezicht zit op die fintech vanuit een DNB. De geluiden die ik krijg van de partijen die ik spreek zeggen, “We hebben daar gewoon te weinig ruimte”, of er is vaak te weinig kennis bij de toezichthouder. En in het Verenigd Koninkrijk is daar veel meer flexibiliteit om ook met meer experimenteerruimte nieuwe producten te kunnen ontwikkelen.

Jeroen: Ik denk sowieso per definitie, als je zowel in de politiek als bij toezicht mensen hebt die natuurlijk echt daar heel dicht tegenaan zitten en er veel van afweten, dat dat altijd helpt. Want het is gewoon ingewikkeld, nieuwe technologie is gewoon complex. Zowel politiek gezien om morele kwesties als gewoon technisch het begrijpen.

Eelco: Vooral bij dat laatste zie je vaak onbegrip en dan is toch wel snel de reactie, “Dan maar verbieden” of behoudendheid. Want “Stel je voor als het mis gaat, dan hang ik als toezichthouder.” Daar zou je toch met veel meer vertrouwen het laten plaatsvinden. Dat begint eerst met kennis van de producten. En ik laat het maar om er een uitspraak over te doen want dan ga ik misschien ook een heel instituut diskwalificeren, dus ik zit nog echt in die verdieping: is nou de kennis goed op orde? Ook bij de toezichthouder. Eén ding wat me wel echt opvalt zijn de toezichtlasten, dat ook partijen zeggen, “De toezichtlasten die over de financiële sector worden uitgespit  – we hebben het straks over de Wwft – maar ook als het breder gaat, de kosten van het toezicht die worden omgeslagen op de financiële sector lopen in Nederland wel echt op.” Dat is alleen al een reden om als bedrijf te zeggen, “Misschien moeten we ons ergens anders vestigen.”

Jeroen: Ik wil toch stiekem nog even inzoomen op die Tweede Kamer zelf. Zit daar voldoende kennis?

Eelco: Nee, zeker niet. De Kamerleden zijn natuurlijk altijd generalisten, dat moet ook. Ik zit op de hele financiën, dus van de financiële sector tot euro. Het ministerie heeft daar duizenden mensen op rondlopen, dus per definitie word je generalist. Het helpt wel als je een achtergrond hebt in een bepaald vakgebied. Ik merk zelf dat het in het Kamerlidmaatschap ontzettend helpt dat ik zelf econoom ben om ook de discussies goed te kunnen begrijpen en debatten goed te kunnen doen. Maar per definitie ben je generalist en dat hoort ook bij volksvertegenwoordiging. Je zit met 150 man, daar kan je niet 150 specialisten op elke discipline in de samenleving hebben.

Jeroen: Nu weet ik dat we bij Leaders in Finance iets van een 100.000 luisteraars per jaar hebben en ik weet het niet precies, maar een groot gedeelte daarvan werkt bij de grootbanken. Of een significant deel, laat ik het zo zeggen. Hoe kijk jij naar die grootbanken? In Nederland hebben we natuurlijk best wel een bijzondere situatie, drie banken hebben – het ligt eraan welk product je pakt – meer dan 80% in handen. Hoe kijk jij daarnaar als volksvertegenwoordiger en misschien ook wel als liberaal?

Eelco: Dat laatste is vooral de vraag stellen en beantwoorden. Ik vind zelf dat de Nederlandse financiële sector best gek georganiseerd is op dit moment. Als je kijkt naar de vijf grote banken zijn er drie daarvan in overheidshanden. De zesde bank, de Volksbank, is ook in overheidshanden. Dan heb je de Nederlandse Waterschapsbank, de Bank Nederlandse Gemeenten, de Volksbank, ABN AMRO natuurlijk voor de helft in overheidshanden. Dus het is een sector waar veel in overheidshanden is en sterk geconcentreerd. Als je kijkt naar het balanstotaal van de vijf grootbanken is dat in Nederland zo’n 80% waarin in Europa het gemiddelde zo’n 50% is. Dus de concentratie van de grootbanken is gewoon heel sterk en ook nog eens door de overheid ingegrepen. Dus ik vind dat niet goed. Ik vind het belangrijk dat je een dynamische markt hebt met veel spelers. Ik ben er groot voorstander van de banken die in overheidshanden zijn terug naar de markt te brengen.

Jeroen: Zou je het mooi vinden om nog een bank wel in overheidshanden te houden voor andere doelstellingen?

Eelco: Nee. Je hebt de Bank Nederlandse Gemeenten en de Waterschapsbank, daar kan je dus publieke projecten mee financieren en daar moet je het ook bij houden. In de Kamer zie ik eigenlijk een meerderheid voor bijvoorbeeld ook de Volksbank in overheidshanden te houden, maar dan kom ik echt als liberaal, een overheid is niet een bank. Dat kunnen andere mensen veel beter.

Jeroen: Ik ging er wel heel suggestief in, inderdaad, met die vraag. Maar ik had het wel een beetje voelen aankomen. Ik geloof dat de minister nu heeft aangekondigd dat er in ieder geval een plan wordt gemaakt voor privatisering van de Volksbank, toch?

Eelco: Deze discussie loopt al heel lang. Op zich is de lijn nog steeds vanuit het kabinet en het Ministerie van Financiën dat het uiteindelijk terug moet naar de markt. Maar ik zie hier in mijn omgeving dat weinig mensen daar heel enthousiast over zijn. Ook omdat we veel doelstellingen als politiek hebben, zoals verduurzamen en toegang tot krediet. Dan is het heel verleidelijk voor politici om te zeggen, “Laat dat maar in overheidshanden.” Ik ben gewoon niet van de lijn dat een dienst in overheidshanden per definitie altijd beter is. Ik geloof echt in de kracht van vrije markt, van innovatie en een groeiende marktdynamiek. Dan komt het uiteindelijk in veel gevallen goed, mits er goede regulering op zit. Dus ik probeer heel erg die discussie hier ook vanuit de Kamer te voeren. Ik vond dat er vanuit het kabinet geen visie was op de toekomst van de sector: waar gaan we nou heen? Ook in het licht van de Europese eenwording, een bankenunie. Wat betekent het dan voor de Nederlandse financiële sector? Dus ik vraag hier debatten aan, ik heb het kabinet gedwongen om met een beleidsagenda te komen. Ik zal zelf met een agenda komen om ook in ieder geval het debat in leven te houden, dat we ons niet berusten in de huidige situatie. Ik denk dat het belangrijk is dat we ons beseffen dat de huidige situatie in Nederland niet goed is. Ik vind het atypisch, vooral als je naar het Europees gemiddelde kijkt.

Jeroen: Nog even voor de zekerheid, de Nederlandse Waterschapsbank, Bank Nederlandse Gemeenten wil je wel in publieke handen houden?

Eelco: Ja, dat zijn gewoon publieke instellingen. Die kunnen ook gewoon op de kapitaalmarkt met een overheidsgarantie lenen.

Jeroen: Je zou kunnen beargumenteren dat dat geld uiteindelijk ook wel privaat gevonden gaat worden.

Eelco: Nee, ik heb er geen sterke overtuiging van dat dat dan ook geprivatiseerd wordt. Maar als je kijkt naar bijvoorbeeld banken die al gewoon privaat waren, een Volksbank of een ABN AMRO die al privaat waren, in een tijdelijke situatie hebben we die genationaliseerd voor goede redenen in de euro-crisis. Maar dat moet de huidige situatie niet blijven.

Jeroen: Onder dit kopje financiële sector nog één algemene vraag: los van het onderwerp wat je net aansneed over het privatiseren van overheidszijnde banken, zijn er nog dingen die verder echt een belangrijk speerpunt voor je zijn voor de financiële sector? Wat je ergert?

Eelco: Als Kamerlid erger je je natuurlijk aan alles. We zijn in dit gesprek eigenlijk al een paar keer daarop teruggekomen, de gedachte dat alles altijd vanuit de overheid geïnitieerd moet worden, dat een overheid moet sturen en dat iets in overheidsbezit moet zijn. Ik ben, nogmaals, een liberaal. In eerste instantie moet de mens het zelf doen. Dat betekent een private sector. En als er dan iets mis gaat, kijk je via je regulering of dat beter kan. Pas op het einde kom je erop om iets in publieke handen te hebben. Wat ik hier vaak zie gebeuren in de Kamer, en ik zie dat steeds breder worden, is dat er als eerste naar de overheid wordt gekeken en juist een brede publieke sector wordt nagestreefd. Ik denk dat dat uiteindelijk ten kosten gaat van groei en van welvaart en dan kom je gewoon uit bij de gewone normale mensen die daarin minder welvarend zijn en daardoor minder gelukkig leven. Want daar gaat het uiteindelijk om.

Jeroen: Waar ik ook aan denk, die publieke regelingen die natuurlijk ondertussen heel groot zijn geworden, in financiële termen, zoals de nationale hypotheekgarantie, het depositogarantiestelsel, de borgstellingskredieten. Alles bij elkaar opgeteld gaat het om honderden miljarden, het is gigantisch. Heb je daar een mening over? Moet dat dan allemaal wel zo blijven? Of moet het eigenlijk ook verder afgebouwd worden naar de private sector?

Eelco: Een deel van garanties ben ik niet op tegen. Een markt kan natuurlijk ook falen, dus er is ook echt wel soms een reden voor een overheid om iets aan te bieden of om in te grijpen. Ik vind alleen mijn rol, als ik ook kijk dat dat een minderheidrol is, dat ik moet blijven drukken op de kant van, “Jongens, het kan ook privaat.” Want als de VVD al meegaat, “Laten we ook maar publiek zijn”, dan zijn we echt verloren met elkaar.

Je luistert naar Leaders in Finance met Jeroen Broekema.

Jeroen: Met het gevaar dat het een publiek-privaat gesprek gaat worden, wil ik het met je hebben over de witwasbestrijding, de Wwft en alles wat daaruit voortkomt. Toch nog even dan die publiek-private taak, is dat nou een publieke of een private taak? Want dat is ook een hele filosofische vraag, maar wel lastig.

Eelco: Het ene gaat weer over in het andere, dus op zich het monitoren van de data, de data zit bij de banken. Dus die kunnen dat monitoren, dan kunnen we het zo hebben over hoe effectief dat nou gaat. Daar valt natuurlijk nog een wereld te winnen. Maar op zich, de klantendata zit bij de banken. Zij moeten aangeven, “We zien hier iets opmerkelijks gebeuren.” Maar het is dan vervolgens aan het FIU en het OM om te kijken, “Is het ook verdacht en past het in de onderzoeken die al lopen?” Dat vind ik echt een publieke taak. Maar de signalering en het monitoren vind ik niet heel gek, dat dat gewoon bij de private sector zelf zit.

Jeroen: Helder. Wij doen vanuit Leaders in Finance veel op dit witwasbestrijdingsgebied en wat wij feitelijk zien is dat er meer dan 12.000 mensen in de financiële sector zitten, met name bij die drie grootbanken waar we het eerder over hadden. De schatting is dat er circa anderhalf miljard daaraan wordt besteed. Serieus geld. Is dat dan ook de bedoeling?

Eelco: Nee, ik vind dit echt krankzinnig. Ik denk dat we hierin totaal aan het doorslaan zijn vanuit de banken. Ze kunnen niet anders, ze moeten ook alles eraan doen. Want als je ook maar iets mist, krijg je natuurlijk hoge boetes. Het is op zich ook niet gek dat er boetes worden uitgedeeld als taken worden verzuimd. Maar ik denk wel dat we aan het doorschieten zijn en je moet je afvragen, als je zoveel duizenden mensen en zoveel miljarden investeert, of het wat oplevert. We hebben 1,8% van het crimineel vermogen in beeld en kunnen we pakken. Dan zijn we gewoon niet efficiënt bezig. En uiteindelijk worden die kosten wel gemaakt door een bank en moeten weer door vertaald worden naar gewone klanten en naar de samenleving als geheel. Dus het is niet dat die kosten zomaar weg zijn. Dat zijn kosten die je op de samenleving legt en dan moet je je dus altijd afvragen, “Levert wat je aan kosten maakt ook op aan wat je aan crimineel vermogen daarmee oplost?” Ik denk dat dat veel efficiënter kan, ik ben er heilig van overtuigd dat data-analyse belangrijk is, ook vanuit mijn achtergrond in Hogere Informatica. Het koppelen van data is ongelooflijk belangrijk, dus dat die monitoring gezamenlijk plaatsvindt is zeer belangrijk. En nogmaals, het moet geautomatiseerd. Er zal altijd een groot deel zijn wat ook per persoon bekeken moet worden, uiteindelijk moeten mensen het kunnen beoordelen. Ik vind zelf dat we aan het doorslaan zijn, maar ik zie dat de toezichthouder dit nu ook ziet en ook zegt, “Moeten we niet veel meer naar een risico-gebaseerde aanpak, want waar eindigt dit?”

Jeroen: Ja dat is dat rapport, Van herstel naar balans vanuit de DNB. Wat ik heel interessant vind, als je mensen bij banken spreekt, eigenlijk is er wel unanieme consensus dat er wel iets moest veranderen. Dus het was te makkelijk om te witwassen via het Nederlandse financiële stelsel. Dus dat er iets moest gebeuren, daar is iedereen het wel over eens. Nu is dat op het punt gekomen met die aantallen die ik noemde, waarvan jij zegt, “Dat is belachelijk.” En tegelijkertijd worden er ook bestuurders persoonlijk aangepakt. Hoe kijk je daarnaar?

Eelco: Ik vind dat wel heftig, in alle eerlijkheid. Als je echt versaagt, kan ik best een hele discussie met je aangaan. In hoeverre is dat ook de verantwoordelijkheid van een bestuur? Als je met twee handen op de rug strijdt, we zeggen “Je hebt een taak, je zal moeten monitoren en ook aangeven als er iets misgaat. Maar de middelen om die strijd aan te gaan geef ik je niet.” Dan vind ik het een unfaire strijd. Die nieuwe wet waarin we gezamenlijk gaan monitoren, dat je ook met elkaar met zwarte lijstjes kan werken en data kan delen, dan wordt het tenminste een strijd die je ook kan voeren met elkaar. Maar nogmaals, als ik je een arena instuur met je handen gebonden op de rug, hoe ben jij dan persoonlijk als je dan een klap ontvangt? Ik vind, als we die weg van persoonlijke aansprakelijkheid opgaan met elkaar, dan ook met alle middelen om die strijd aan te gaan.

Jeroen: Ja, want wat je nu ziet is dat het wel ongelooflijk hoog op de agenda is gekomen overal, evident. Zelfs zijn er headhunters die zeggen, “Het is moeilijk om nog mensen te vinden.” Ik weet niet of dat waar is, ik heb daar ook helemaal geen mening over. Maar het heeft wel voor één ding gezorgd, het staat heel hoog op de agenda van het bestuur van elke financiële instelling in Nederland.

Eelco: Dat is op zich goed, want er moest ook echt wat gebeuren, zoals je al terecht aangaf. En het personeel vinden is nu voor elk bedrijf lastig. Maar zoals je al beschreef, duizenden mensen die nu op die sector zitten, dan moet je je ook als politiek achter de oren krabben van, “Jongens, werkt de wet nog wel voor al die bedrijven?”

Jeroen: Je zei eigenlijk al met zoveel woorden dat je voorstander bent van transactiemonitoring Nederland, het EMNL. Je zei het niet letterlijk, maar dat kwam het eigenlijk op neer, volgens mij. Ben jij bezorgd over de mensen die zeggen, “De privacy komt hier wel heel dichtbij in het geding”?

Eelco: Als volksvertegenwoordiger moet je altijd naar dit aspect kijken, want politieke discussies kan je niet alleen uit termen van efficiency voeren, je moet altijd kijken naar maatschappelijke impact, ook zaken als privacy, morele zaken moet je meewegen. Dat is echt ons vak, om dat te doen. Dus ik vind het goed dat die discussie gevoerd wordt. Je moet altijd bij een nieuwe wet met monitoring heel pittig met elkaar discussiëren, “Wat betekent dit voor de privacy?” Wat ik alleen zag gebeuren, we hebben als Kamer ronde tafels georganiseerd met experts, vanuit zowel hoogleraren als de sector, heel breed werd gezegd, “Dit kan, dit is ook goed gewaarborgd als het gaat om die data die wordt gemonitord, de beveiliging van de data, de anonimisering van de data, dat zit echt goed in elkaar.” En als er dan toch een beeld wordt opgeroepen dat we hier een soort van observatiemechanisme aan het bouwen zijn die van iedereen en alles, elke pin, elk pakje kauwgom dat je koopt in een database belandt, dan vind ik dat niet fair. Dan zijn we de zaken anders aan het voorspiegelen dan wat ze in werkelijkheid zijn en dat vind ik zonde omdat ik denk dat deze wet zo belangrijk is om uiteindelijk het doel van crimineel geld op te pakken. Want er is ook wat aan de hand, vooral ook als je kijkt naar Nederland, witwassen van crimineel geld, terrorismefinanciering. We moeten dat echt beter in beeld hebben. Dat kan soms gepaard gaan met een beetje inleveren van privacy, de vraag is alleen: met hoeveel? En dat politieke debat, ik vind zelf dat we daar nog best stappen kunnen zetten om meer data te delen en betere monitoring. Dat betekent niet dat je je privacy zomaar te grabbel moet gooien.

Jeroen: Er is één onderwerp wat ik persoonlijk altijd super interessant vind rondom de hele witwasaanpak, en dat is cash geld. Want als ik met mensen van DNB spreek, die zeggen, “Het is een back-up systeem. Je hebt een technische achtergrond, maar als alles down gaat, kunnen we in ieder geval verder draaien op een manier.” En men zegt altijd dat er zijn grote groepen in de samenleving zijn, er was laatst weer een rapport van de Nederlandsche Bank dat meer dan twee miljoen mensen niet goed kunnen internetbankieren dus als je cash nu afschaft weten ze niet hoe ze moeten pinnen, hoe dat allemaal werkt. Dus het is voor kwetsbare groepen belangrijk en als back-up systeem. Dan zeg ik altijd, “Ja, dat snap ik.” En tegelijkertijd denk ik, “Als je kijkt naar hoeveel cash, met name de grote biljetten, gebruikt wordt in het illegale circuit, dan moeten we daar toch ook iets mee”, even als stelling.

Eelco: Ik vind dat twee verschillende discussies. Allereerst, back-up systeem, ik vraag altijd iedereen, “Hoeveel cash heb je eigenlijk in je portemonnee zitten?” Volgens mij is die tegenwoordig leeg. Ik zie iedereen alleen maar met kaarthouders lopen.

Jeroen: Die vraag stel je wel misschien in een bepaalde omgeving?

Eelco: Dat is wel waar, want je zegt het terecht, er zijn natuurlijk ook kwetsbare mensen, ouderen maken natuurlijk veel meer gebruik van cash geld. Dus het cash geld moet er ook altijd blijven. Het is ook niet dat we dat zelf uit faseren. Je ziet alleen dat de samenleving digitaliseert. Dus de maatschappelijke preferenties veranderen. En je ziet dat het voor financiële instellingen duur is om die systemen overeind te houden. Dus daar hebben we ook een maatschappelijk overlegd betalingsverkeer voor, cash geld moet toegankelijk blijven. Maar ook banken moeten aangeven, “Het kost ons ook geld, dus we hebben daar ook vanuit de overheid hulp bij nodig.” Dat is de hele dialoog die plaatsvindt. Ik vind het anders als het gaat om cash geld in het kader van witwassen. Daar hebben we natuurlijk al eerder de hoge biljetten afgeschaft. Overigens, digitaal, de crypto waar we deze podcast mee begonnen, daar vinden natuurlijk ook ontzettend veel illegale betalingen mee plaats. Dus het is niet zo dat het alleen met cash plaatsvindt, dat gebeurt dus ook in de digitale wereld.

Jeroen: Dat is wel interessant. We hadden vorig jaar een journalist uit het Verenigd Koninkrijk, het eerste plaatje van zijn presentatie was dat de digitale betalingen alleen maar omhoog gaan, dat er steeds meer digitaal betaald wordt. En tegelijkertijd dat cash ook alleen maar toenam en zeker de grote biljetten. Dat vind ik toch wel wonderlijk.

Eelco: Ja, inderdaad, dat is wonderlijk. De laatste keer dat ik cash betaalde is al heel lang geleden.

Jeroen: Het is verkiezingstijd, de allereerste vraag: is dit voor jou ook echt verkiezingstijd? Want het is in principe de provinciale staat, het is indirect Eerste Kamer. Is het voor jou ook verkiezingstijd of niet?

Eelco: Als partij voer je natuurlijk gewoon campagne. Het zit inderdaad voornamelijk in de provincies. Het heeft natuurlijk ook wel politiek landelijk impact omdat de provinciale staten weer de Eerste Kamer kiezen. En de Eerste Kamer de samenstellingen daar weer echt een schaduw vooruitwerpen op de Tweede Kamer verkiezingen. Dus het zijn belangrijke verkiezingen. Als Kamerlid heb je daar een bescheiden rol in. Met je afdelingen help je mee met flyeren. Je helpt je kandidaten briefjes door de brievenbus doen, maar daartoe reikt het. Sommigen van mijn collega’s hebben ook politieke debatten op thema’s die nu erg spelen, bijvoorbeeld op duurzaamheid. Maar de financiële sector is nu niet het hotste item in de provinciale staat verkiezingen.

Jeroen: Spannend?

Eelco: Ik vind elke verkiezing spannend. En ik vind het machtig mooi, het doet je beseffen dat je hier zit met de gunst vanuit een kiezer en dat je elke vier jaar opnieuw solliciteert en naar de samenleving gaat en zegt, “Dit zijn mijn ideeën en ik vraag uw vertrouwen”, dat vind je nergens. Misschien in sommige bedrijven moet je om de drie jaar op je eigen functie solliciteren, maar op deze manier in alle openheid naar de samenleving toe, dat vind ik machtig mooi om dat elke keer weer te mogen doen. Maar ook, in alle eerlijkheid, heel spannend.

Jeroen: Heb je ook, zover je weet, kiezers in de financiële sector? Word je veel benaderd door de financiële sector?

Eelco: Ik heb geen idee. Toen ik op de lijst kwam was ik een grote onbekende. Mijn werk zat voornamelijk achter de schermen. Dus we zullen het echt bij de volgende verkiezingen moeten zien. Ik hoop dat deze podcast eraan bijdraagt, en het vertrouwen in de financiële sector kan winnen.

Jeroen: Dat is altijd goed. Heb je veel contact met de financiële sector, spreek je vaak bankiers of andere mensen in die financiële sector?

Eelco: Ja, maar ik doe dat liever echt met de experts. Als het over witwassen gaat, praat ik graag met mensen bij hun bank die op die afdeling zitten. Ik heb weinig contact met echt de lobbybedrijven. Zelf ben ik niet van die lijn, lobbyisten. Ze kunnen me appen, maar ik reageer gewoon niet. Maar ik vind het zelf wel heel fijn om de expert op de afdeling te spreken die echt de kennis van zaken heeft en ook aan kan aangeven waar ik tegenaan loop en waar het knelt. Dat vind ik heel interessant om te horen.

Jeroen: Even uit nieuwsgierigheid, hoe werkt dat praktisch? Want als een Kamerlid belt, gaan er natuurlijk allemaal PR-afdelingen denken, “Wat gaat hier gebeuren?” Krijg je die mensen dan makkelijk te spreken?

Eelco: Ja, maar überhaupt als Kamerlid, in welke sector je ook opereert, gaan deuren gemakkelijk open. Dus daar moet je ook echt gebruik van maken. Ik merk ook vanuit de sectoren zelf, in mijn geval de financiële sector, dat mensen het ook heel fijn vinden om hun verhaal te kunnen doen en ook aan te kunnen geven waar ze in hun werk tegenaan lopen. Dus zover de tijd het toelaat voer ik die gesprekken. Hoe dat gaat, soms uit je eigen netwerk, via-via kom je in contact en je hebt ook gewoon bureaus die je zegt, “Ik zoek een bepaald expert, breng me daarmee in contact.”

Jeroen: Ik heb nog drie vragen voor je. Allereerst, ik heb iets van bijna tweehonderd mensen mogen interviewen de afgelopen jaren, een groot voorrecht. Ik heb hen altijd gevraagd: heb je tips voor mensen die startend zijn in de financiële sector of algemeen startend, maar het liefst in de financiële sector?

Eelco: Ik ben zelf natuurlijk niet gestart in de financiële sector. Ik ben zelf vanaf mijn afstuderen een postdoctorale studie gaan doen voor de publieke sector en in die publieke sector beland.

Jeroen: Maar goed, dat noem ik ook wel de financiële sector, heel breed. Je hebt bij het Ministerie van Financiën gewerkt.

Eelco: Mijn tip zou zijn: duik de inhoud in, weet waar je het over hebt en werk heel hard.

Jeroen: Dat ging heel snel, nog een keer?

Eelco: De inhoud kennen en heel hard werken.

Jeroen: Heel hard werken?

Eelco: Ja. Gewoon heel hard werken. Tenminste, als je natuurlijk een carrière nastreeft, dat is gewoon hard werken met veel passie, maar doe wel wat je leuk vindt. Want als je het niet leuk vindt, dan gaat het echt je werkdruk opleveren. Maar als je er plezier in hebt, als je het een mooie sector vindt, dan sta je toch elke dag op met volle energie en zin om weer aan de slag te gaan. Misschien nog een derde tip: vind allereerst de sector waar je passie ligt, zorg dat je de inhoud kent en werk gewoon heel hard.

Jeroen: Ik vind het knap hoe dit in één keer zo eruit komt zonder enige voorbereiding. Fantastisch! Als je kijkt naar jouw eigen toekomst op de wat langere termijn, ik heb wel geleerd dat je niet moet vragen waar je volgend jaar of het jaar daarna bent, want dan ben je gewoon hier, zegt iedereen altijd natuurlijk.

Eelco: De meest gestelde sollicitatievraag.

Jeroen: Ja, precies. Maar op de lange termijn, heb ik vandaag een gesprek gehad met de nieuwe Minister van Financiën?

Eelco: Ik denk het niet, want dat zou suggereren dat ik hier nu openlijk aan het solliciteren ben voor die functie. Ik ben nu net twee jaar Kamerlid, ik vind dit een grote eer om te doen. Het is machtig mooi om namens deze sector, waar ik echt een passie voor heb, het woord te mogen voeren. Ik hoop ook dat de sector zich daarin herkent en ik hoop ook dit vak als volksvertegenwoordiger lang te mogen doen. En wat daarna de wereld brengt, dat moeten we nog maar zien.

Jeroen: Maar zowel publiek als privaat, zou je het interessant vinden? Of ben je vooral een publieke man?

Eelco: We begonnen de podcast een beetje hoe mijn persoonlijke carrière is verlopen, dat hing ook wel deels aan toeval aan elkaar. Zelf dacht ik mijn toekomst altijd te zien in de private sector, bijvoorbeeld bij een economisch bureau of bij een bank, dus wie weet!

Jeroen: Mag ik aan je vragen, mocht je ooit Minister van Financiën worden – je weet niet hoe het kan lopen, dat zeg je zelf – wil je dan nog een keer dit interview herhalen?

Eelco: Als ik dat ooit word, ben je elke week welkom!

Jeroen: Fantastisch! De laatste vraag: is er nog iets waarvan jij zegt, “Jeroen, het is jammer dat je dat niet hebt gevraagd” of “Dat wil ik graag nog delen” of iets wat je heel belangrijk vindt?

Eelco: Volgens mij hebben we alle onderwerpen langsgelopen en mocht er iemand naar luisteren en zeggen, “Wat jammer dat dat bepaald onderwerp niet is behandeld”, dan doen we dit gewoon opnieuw!

Jeroen: Eelco, ik wil je heel hartelijk bedanken voor je tijd en al je inzichten. Ontzettend interessant! Ik wijs er nu naar, dat kunnen luisteraars niet zien, maar je krijgt zo meteen het boek van Leaders in Finance waarin wij een korte samenvatting hebben gemaakt van de eerste honderd CEO’s, hoogleraren en ministers die bij Leaders in Finance te gast zijn geweest als bedankje voor al je tijd en het leuke gesprek.

Eelco: Dankjewel en dank voor jullie komst hier.

Dit was Leaders in Finance. We hopen dat je deze aflevering met veel plezier hebt beluisterd. We stellen je feedback erg op prijs. Wat houdt je bezig en over wie wil je meer horen? Laat het weten in een Apple of Google review. Dat kan ook via de sociale media kanalen of direct via een e-mail. We kunnen het enorm waarderen als je dat doet. Tot slot danken we onze partners voor hun steun. Dat zijn KAYAK, EY, Odgers Berndtson executive search en Roland Berger. Bedankt voor het luisteren!

Door deze site te gebruiken ga je akkoord met het plaatsen van cookies. Meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten