Job Mantz (transcriptie)

Jeroen Broekema en Job Mantz tijdens de opname van de Leaders in Finance Podcast

Voice-over: Dit is Leaders in Finance. Een podcast waarin we op zoek gaan naar de mens achter het succes. We praten met leiders van nu en later over hun drijfveren, carrière en privéleven. Waarom? Omdat er meer gesproken moet worden in de financiële sector. We willen onze partners hartelijk bedanken voor hun steun. Dat zijn Kayak, EY, MeDirect en Roland Berger. Je host is Jeroen Broekema.

Jeroen: Welkom bij een nieuwe aflevering van Leaders in Finance. Vandaag een extra aflevering met de Country Manager van MeDirect. MeDirect is een retailbank, actief onder andere in Nederland. En bij mij is dus inderdaad de Country Manager, Job Mantz. Welkom.

Job: Dank je wel.

Jeroen: Leuk dat je er bent in Driebergen.

Job: Ja, heel fijn.

Jeroen: We hadden een kort voorgesprek, en we willen het eigenlijk over drie kerndingen hebben, wat mij betreft. Allereerst, heel mooi: Job zelf. Ik vind het heel leuk om jou wat beter te leren kennen. Ook omdat MeDirect natuurlijk partner is van de Leaders in Finance podcast, is dit een mooi moment om iets meer te horen over wie jij bent en wat je achtergrond is. Twee: we willen het hebben over financial literacy — hoe krijgen we mensen nog meer geletterd, of zorgen we voor betere educatie over de financiële kant van het leven? En ten derde, en dat vind ik ook interessant: MeDirect — de bank die jij representeert. Want daar wil ik graag meer over weten. Je hebt natuurlijk een aantal grootbanken in Nederland die best bekend zijn. MeDirect, ik hoor jullie vaak, maar ja — wie weet er alles van? Nou, daar gaan we vandaag hopelijk meer over leren. Dus drie onderwerpen. Wat mij betreft starten we bij Job Mantz, zoals gezegd de Country Manager. Zou je iets meer willen vertellen over jouw achtergrond, en daarna over wat je huidige rol precies inhoudt?

Job: Ja. Mijn achtergrond is dat ik rechten heb gestudeerd en informatica. Na mijn studie ben ik eerst mijn juridische carrière begonnen bij BinckBank, waar ik daarvoor als bijbaan al veel van de sector had geleerd. Ik wilde heel graag bij dat bedrijf blijven werken en ben als jurist gestart. Maar ik kwam er eigenlijk al snel achter dat dat niet mijn favoriete vak is. De studie is superleuk — ik kan iedereen aanraden om rechten te gaan studeren: intellectueel ontzettend uitdagend — maar het werk vond ik heel saai.

Nick Bortot, die toen in de directie van BinckBank zat, zag mij dat werk doen, liep naar me toe en zei: “Job, volgens mij wil jij iets anders doen.” Ik kan me die dag nog heel goed herinneren, want het was echt een make or break moment in mijn carrière. Je kan dan “nee” zeggen en blijven zitten, of je zegt de waarheid. Ik heb gekozen om de waarheid te zeggen. En vrij snel daarna was het geregeld: ik werd verantwoordelijk voor het beleggingsplatform van Alex — toen nog een apart merk dat onder Binck viel. Ik heb in die tijd veel geleerd over beleggen, over hoe een platform werkt.

Daarna heb ik mijn carrière voortgezet bij ABN AMRO. Meerdere rollen gehad — en misschien wel de belangrijkste was het opzetten van een interne venture: CanDo, die helaas nu niet meer bestaat. Daarna ben ik gevraagd om bij MeDirect aan de slag te gaan.

Jeroen: Achteraf kun je zeggen: de perfecte vooropleiding. Juridisch onderlegd, IT-onderlegd, beleggingskant leren kennen, de financiële wereld leren kennen, productmanagement gedaan. The dots connected, zou je zeggen.

Job: Ja, absoluut. En het is een privilege om dat allemaal samen te brengen in het werk dat ik nu doe. En dat is ook precies wat ik doe. Het mooie van MeDirect is dat het een relatief nieuwe bank is. We komen daar zo nog even op terug. Een buitenlandse bank — waardoor er verschillen zijn in hoe het platform werkt — maar ook overeenkomsten tussen landen. En dan komt die IT-kennis goed van pas. De juridische kennis helpt bij alles rondom toezicht. En commercieel — ja, je moet je product ook verkopen. Dus eigenlijk komt alles samen. En het is echt een privilege om dat bij MeDirect te mogen doen.

Jeroen: Want hoe anders is het om in deze rol te zitten, waar je eindverantwoordelijk bent voor Nederland, waarbij je de bank hier vertegenwoordigt, het gezicht bent, versus onderdeel zijn van zo’n veel grotere bank zoals ABN AMRO of een veel grotere beleggingsorganisatie, toen Bink?

Job: Ja, het heeft voor- en nadelen, laat ik dat vooropstellen. Het voordeel is: alles gaat sneller. Mijn collega’s denken nog wel eens dat het hier langzaam gaat bij MeDirect. Dan herinner ik ze eraan – want sommige collega’s hebben ook bij grootbanken gezeten – hoe traag dingen daar kunnen gaan. Dat is echt een groot voordeel: je maakt veel sneller stappen en je kunt veel sneller mensen bereiken die ook het verschil kunnen maken. Het nadeel is: dat kan ook meteen het nadeel zijn. Want in een klein bedrijf – ik eigenlijk al, maar nu ook bij MeDirect – heb je verschillende petten op.

Jeroen: Voelt het nu ook een beetje als ondernemer?

Job: Ja, absoluut. Ja, honderd procent.

Jeroen: Waarom is dat?

Job: Nou, we hebben het mandaat gekregen van MeDirect om MeDirect in Nederland op te zetten. Ze zien ons ook een beetje als een franchise. Het is wel een franchise met gemak, want er zit gewoon een bank achter. Maar we zijn vanaf het kantoor uitzoeken in Utrecht verantwoordelijk geweest, en ook voor de implementatie. We worden daarbij geholpen, maar we mogen het zelf doen. Dus de keuze ligt bij ons hoe we dat aanpakken, binnen de grenzen van de bank. Maar we worden daar vrij los in gelaten. En dat zorgt ervoor dat we – ja, ik zie dat echt als ondernemen.

Jeroen: Wat is het belangrijkste dat je hebt geleerd de afgelopen tijd? Want hoe lang doe je het nu?

Job: Sinds november 2021, dus ruim drie jaar. Wat heb ik het meest geleerd? Ik denk dat het opzetten van een bank niet simpel is. Dat is misschien wel de grootste les geweest.

Jeroen: Dat verbaast je waarschijnlijk niet, maar toch?

Job: Nee, dat verbaast me niet. Maar als je ermee geconfronteerd wordt, dan is dat toch anders. Wat ik ook geleerd heb, is dat het hele framework van het zijn van een bank… In elk land zijn Europese regels van toepassing, dus in elk land zou het in principe hetzelfde moeten zijn. Maar het is echt heel anders. Als je ziet hoe een bank als de MeDirect Bank in Malta opereert, in België opereert, en hoe wij opereren… Daar zit veel overlap – laat ik zeggen: tachtig, zeventig procent is hetzelfde – maar die dertig procent is anders. En dat ligt niet alleen aan het feit dat er lokaal andere mensen zitten, maar ook aan hoe de markt werkt en hoe de markt regels interpreteert. En ik denk dat dat echt een eye-opener was. Want ik dacht: het Europese bankenlandschap is toch wel redelijk geharmoniseerd qua regelgeving? Absoluut niet. Je hebt bijvoorbeeld Europese regels, zoals MiFID – dat is gewoon Europees recht dat in elk land geïmplementeerd moet worden – maar dat gebeurt echt anders per land.

Jeroen: Heb je daar een voorbeeld van? Waarin het dan verschilt in Nederland ten opzichte van bijvoorbeeld België of Malta?

Job: Nou, het meest in het oog springende, denk ik, zijn de reclameregels. En als je nu… Dat kan de luisteraar ook bekijken. Wij vallen onder een Maltese licentie. Dus dat betekent dat de Maltese reclameregels van MiFID van toepassing zijn. Malta is een oud-Engels eiland, een kolonie geweest. En dus zie je dat daar ook common law-achtige praktijken spelen. En dat zie je in de regels voor reclame terug. Er wordt overal een disclaimer aan gekoppeld. In Nederland is dat niet zo. Je moet in Nederland ook waarschuwen dat beleggen risico’s kent — absoluut. En dat is ook goed. Maar dat is in Nederland vaak één zinnetje.

Jeroen: Mooie voorbeelden inderdaad, die toch best wel anders zijn. En ook wel verschil kunnen maken natuurlijk, afhankelijk van waar jouw thuisland is qua licentie. Ik ben zelf — full transparency — klant bij MeDirect geworden sinds ik jou ken. 

Job: Waarvoor dank. 

Jeroen: En ik ga verder geen promotie maken voor MeDirect. Het is een prima app en zo, het werkt allemaal helemaal goed. Dat wil ik nog wel zeggen, maar verder ga ik niet. Maar wat mij opviel: ik had dus een Maltees IBAN-nummer. Is dat ook een onderdeel van dit verhaal?

Job: Ja. Omdat wij een Maltese licentie hebben, hebben klanten een Maltees IBAN. En dat komt doordat wij opereren via het cross-border Europees paspoortsysteem. Daar zijn twee smaken in. De ene, waar jij nu mee geconfronteerd wordt, is eigenlijk de meest simpele. Er is ook een branch, een regulated branch optie. En dan krijg je ook iets meer Nederlands toezicht. Dan worden de AFM en de DNB eigenlijk opgeleid om ook naar MeDirect te kijken. En dan krijg je Nederlandse IBAN. Daar hebben we nu nog niet voor gekozen, puur omdat we — en dat is een beetje het ondernemerschap — willen zien of het succesvol kan zijn in Nederland. Maar dat is zeker niet iets wat ik uitsluit voor de toekomst.

Jeroen: Ik weet ook niet hoe belangrijk dat is. Vind ik moeilijk in te schatten.

Job: Heel belangrijk. Nederlanders zijn heel erg biased als het gaat om binnenlandse banken. En waar kijken ze dan naar? Naar het IBAN.

Jeroen: Ik keek vooral naar de rente.

Job: Ja, nou ja, dan is een buitenlandse bank…

Jeroen: En het deposito-garantiestelsel, dat vind ik ook fijn natuurlijk, als dat er is.

Job: Ja, dat is een Europese regel die gelukkig in heel Europa van toepassing is. Dus wij vallen dan wel onder het Maltese deposito-garantiestelsel, maar dat is gebaseerd op dezelfde regels als in Nederland.

Jeroen: We hebben zo langzamerhand al aardig de brug gemaakt naar het tweede onderwerp vandaag. Het eerste onderwerp was Job — dat zit overal natuurlijk een beetje doorheen. Maar we hebben nu al een beetje een beeld gekregen van jou. Het tweede onderwerp is MeDirect en het derde onderwerp Financial Literacy. Over MeDirect weten we al een aantal dingen. Maar nog even terug, om wat structuur erin te brengen: het is dus een Maltese bank, een volledige bank, dus met een bankvergunning, die opereert in drie landen.

Job: Drie landen, ja: Malta, België en Nederland.

Jeroen: Ja, en toen kreeg ik een tijdje terug een persbericht in mijn mailbox dat jullie waren verkocht. Ja, klopt dat? Hoe zit dat precies?

Job: Ja, we zijn verkocht aan Banca CREDITAS, een Tsjechische bank. We zitten nu in het proces van toezicht. Dus de toezichthouder moet nu goedkeuring geven voor deze overname. Feitelijk hebben ze ons daardoor dus nog niet overgenomen, want in de tussentijd mag Banca CREDITAS helemaal geen beslissende handelingen verrichten. Een van de dingen die ik, denk ik, nooit bij een grote bank had kunnen meemaken, is dit proces. En ik maak het nu van heel dichtbij mee. En dat is heel interessant om te zien. Zeker in de aanloop ernaartoe, maar ook het proces nu. Dat is superinteressant om mee te maken.

Jeroen: Hoe lang duurt zo’n goedkeuring ongeveer?

Job: Ja, een heel flauw antwoord is: twee maanden. Dat is de totale termijn die de ECB heeft om die goedkeuring te geven. Maar er is een heel lang voortraject aan. Feitelijk doet de toezichthouder dat door heel veel vragen te stellen – en terecht, goede vragen – om te kijken of deze overname ook goed is voor de bankaire sector, maar ook voor de klant natuurlijk. En die vragen kunnen heel lang lopen. Op een gegeven moment wordt er een moment gekozen: nu hebben we genoeg gevraagd. Dan wordt de echte aanvraag ingediend. En op het moment dat die aanvraag ingediend is, geldt een termijn van zestig dagen om goedkeuring te geven.

Jeroen: Wat gaat het voor jou betekenen, als we even ervan uitgaan dat die approval er komt? Dat ziet er wel naar uit, lijkt mij. En die is er. Wat betekent het dan voor jou hier in Nederland?

Job: Nou, we gaan door op de bestaande voet. Dus Nederland is gewoon een land van MeDirect en MeDirect gaat in Nederland door.

Jeroen: We blijven onder die merknaam ook opereren?

Job: We blijven onder deze merknaam opereren en dat zal blijven bestaan. Qua plannen: dat is afhankelijk van wat de nieuwe aandeelhouder wil gaan doen. En zoals ik al zei, dat mag en kan ik nog niet weten, omdat de nieuwe aandeelhouder daar nog geen beslissende bevoegdheid in heeft.

Jeroen: En denk jij dat voor jou het meest interessant is uiteindelijk die spaarmarkt met die 4.000 klanten? Zijn die vooral aan de spaarkant, of zitten er uiteindelijk ook heel veel mogelijkheden voor jullie in de beleggingskant? Of is dat een veel moeilijkere markt in Nederland?

Job: Beleggen is in Nederland moeilijk. Daar komen we misschien zo nog even op. Maar we willen een bank zijn. Dus dat betekent dat we naast sparen en beleggen in de toekomst ook betalen gaan aanbieden. Dan zijn we ook at par met de andere twee landen van MeDirect. En het doel is vermogensopbouw. Onze filosofie is dat vermogensopbouw niet alleen beleggen is, niet alleen sparen, maar een combinatie van die twee. En ja, dat is het doel. Dus die twee producten moeten elkaar ook wel helpen daarin. En dat sluit een beetje aan bij het andere onderwerp. Die producten moeten een holistisch verhaal worden. En dat willen we gaan doen. Dus het is niet sparen of beleggen, het is eigenlijk allebei.

Jeroen: Goedemix. Ooit eerder ben jij in de podcast geweest met een hele groep mensen. Zaten we toen aan tafel. Toen ging het inderdaad over iets als — niet letterlijk hoor — maar ongeveer: “Nederlanders beleggen niet en zouden veel meer moeten beleggen.” Is dat, ik denk dat dat twee jaar geleden is of zoiets, is dat nu al een beetje veranderd? Want er wordt heel veel over geschreven: Nederlanders zouden meer moeten beleggen. Gebeurt het nu ook meer? Weet jij dat?

Job: Nederlanders beleggen meer dan het jaar daarvoor. En dat is te danken aan de crypto-golf eigenlijk. De vraag is of dat goed is.

Jeroen: Dat tel je mee als beleggen?

Job: Tel ik ook mee, ja.

Jeroen: Is het beleggen? Ja, zou ook speculatie genoemd kunnen worden.

Job: Het ligt er een beetje aan hoe je met crypto omgaat. Maar het is een golfbeweging in Nederland. Zodra de spaarrentes interessant zijn, gaan mensen sparen. En als de spaarrentes dalen, gaan mensen beleggen. Is dat logisch? Ja, want mensen willen zekerheid en mensen willen rendement halen. Dus die golf is niet zo heel gek. Ik denk alleen dat het niet verstandig is, want je ziet op lange termijn dat beleggen meer rendement oplevert dan sparen. Maar dat vraagt wel dat je op lange termijn gaat beleggen. En daar zijn Nederlanders niet zo goed in.

Jeroen: Heb jij toevallig zo uit je hoofd wat cijfers over hoeveel mensen eigenlijk überhaupt beleggen in Nederland?

Job: Ja. Grofweg: hoeveel Nederlanders hebben we? 17, 18 miljoen. Ongeveer 33 procent daarvan is de beleggende populatie.

Voice-over: Dit is Leaders in Finance met Jeroen Broekema.

Jeroen: Financiële geletterdheid hadden we als thema genomen. Want — even heel bazaal — waarom is dat een belangrijk thema? En wat is het eigenlijk?

Jeroen: Job, financiële geletterdheid — wat versta jij daar precies onder?

Job: Ja, financiële geletterdheid is de kennis die je hebt over je financiële situatie. Dus als er geld binnenkomt, dat je weet: ik krijg geld binnen, hoe krijg ik dat binnen? Uit welke potjes komt het? Maar ook: hoe ga ik dat uitgeven, en hoe kan ik mijn doelen op de lange termijn halen? In een vrij brede context is dat financiële geletterdheid. Het is vooral: hoe ga je met geld om? En dat is geen nice to have, dat is echt een randvoorwaarde voor economische participatie. En ik durf wel te stellen dat dat niet altijd goed gaat in Nederland. Zeker als je kijkt naar jongeren op dit moment. Eén op de vijf Nederlandse vijftienjarigen — dus echt jonge kinderen — mist basale kennis van financiële vaardigheden.

Jeroen: En wat noem je dan een voorbeeld? Waar moet ik aan denken?

Job: Geld uitgeven, bijvoorbeeld. Die denken soms dat geld een oneindige hoeveelheid is. Ze krijgen wel spaargeld, maar weten vervolgens niet wat sparen is. Ze krijgen zakgeld, maar weten niet wat sparen inhoudt. En dat is wel zorgelijk, want uiteindelijk moeten ze straks zelf verantwoordelijk zijn voor hun uitgavenpatroon. Nu, als vijftienjarige, kun je nog leunen op je ouders — als dat kan, want niet elke vijftienjarige kan daarop leunen. Dus ook daar moet je je bewust van zijn. Maar op een gegeven moment worden kinderen achttien, en dan zijn ze ook wettelijk financieel zelfstandig. Wat je dan ziet, is dat banken — als je als kind een rekening hebt — een brief sturen: je bent nu zelf verantwoordelijk voor deze rekening. Dat betekent dat je pinpas niet meer door je ouders gecontroleerd kan worden.

Ik kijk even naar mijn eigen kinderen: mijn tienjarige zoon heeft een pinpas. Die gaat naar de voetbalclub en koopt daar een blikje cola. Dan krijg ik meteen van de bank een berichtje: hé, er is een uitgave gedaan op die pinpas. Maar dat verdwijnt zodra je achttien bent. En dan is het nu in Nederland zo dat er van ouders wordt verwacht dat ze hun kind daarvoor hebben opgeleid. Dat ze weten hoe ze verstandig met geld omgaan. Is dat zo? Dat is de grote vraag.

Jeroen: Voor mij zijn er eigenlijk twee verschillende dingen. Aan de ene kant heb je discipline en een basisgevoel dat je niet meer kunt uitgeven dan je binnenkrijgt. Heel basic. Dat valt voor mij eigenlijk meer onder opvoeding en discipline. En aan de andere kant is er veel meer de geletterdheid — snap ik hoe spaarrente zich opstapelt? Snap ik dat beleggen risico’s met zich meebrengt? Snap ik überhaupt dat beleggen eigenlijk betekent dat je mede-eigenaar wordt van een bedrijf? Dat soort concepten zijn nog weer een stap verder dan wat jij als eerste beschrijft. En dat vind ik eigenlijk nog zorgwekkender: geef ik gewoon niet meer uit dan ik binnenkrijg?

Job: Ja, dat is inderdaad de volgende stap. Eerst moet je weten: wat is mijn geld, wat komt er binnen, en wat is mijn uitgavenpatroon? En dan inderdaad de vervolgvraag: als ik geld overhoud, wat is dan verstandig om te doen om mijn doelen te halen? En dat is ook een belangrijk concept, dat niet heel veel mensen goed kennen.

In Nederland zijn we wel goed in sparen — 95% van de mensen spaart, en dat is hartstikke goed. Maar wat je eigenlijk zou moeten doen, is kijken: wat zijn mijn doelen? Dat kan een nieuwe auto zijn, een wereldreis, of je kinderen willen ondersteunen bij een volgende opleiding. Of misschien een nieuw huis kopen. Hartstikke goede doelen, maar die hebben een tijdshorizon. Die wil je op een bepaald moment halen. En de vraag is: houdt men dat netjes bij? Als ik naar mezelf kijk, weet ik ook wel dat ik dat niet altijd netjes doe. Wat je dan krijgt, is dat je eigenlijk niet weet waar je het voor doet. Prima als je iedere maand netjes iets opzij zet — dan bouw je gewoon vermogen op — maar onderdeel van financiële geletterdheid moet ook zijn: weten waarom je spaart.

Jeroen: En is dat niet precies de hoofdreden waarom het fout kan gaan? Als je niet weet waarvoor je spaart, is de kans veel groter dat je het uitgeeft aan iets impulsiefs of ondoordachts. Toch? Want als je geen duidelijk doel hebt, dan denk je: nou ja, dan koop ik toch maar die duurdere auto.

Job: Ja, dan komt die korte termijn uitgave inderdaad sneller. Want je voelt inherent aan jezelf: als je zegt “ik wil mijn kinderen naar de universiteit sturen” en dat kost 15.000 euro — als ik ze daarin wil ondersteunen — dan weet je: daar heb ik een horizon voor nodig. Als je daar een apart potje voor aanmaakt en daarvoor gaat beleggen, dan voelt het toch wel pijnlijk om dat geld ineens uit te geven aan een mooie auto. Dan ben je eigenlijk — quote-unquote — geld aan het stelen van je eigen kinderen. Het is natuurlijk jouw geld, en je mag ermee doen wat je wil, maar het voelt dan toch anders.

Jeroen: En wat zijn nou oplossingsrichtingen? Want uiteindelijk — kijk, je kunt mij dit verhaal vertellen, en de luisteraars ook. En als het redelijk klinkt, dan denken mensen misschien: misschien ga ik het nog wel doen. Maar de vraag is altijd: gaan mensen het ook echt doen, inclusief ondergetekende? Als je even naar die verschillende groepen kijkt: het begint eigenlijk heel bazaal. Mensen moeten de discipline hebben, het idee überhaupt, de basisideeën van geld meekrijgen. Wat kun je daaraan doen? Dan werken we zo toe naar: hoe kun je mensen van sparen naar beleggen krijgen, als we dat met z’n allen een goed idee vinden. Maar eerst even die basis — hoe krijgen we die erin?

Job: Dat begint helaas nu bij de ouders. Dus de ouders moeten hun kinderen daarin begeleiden. Ik zou — en dat was ook in de vorige podcast mijn oproep — heel graag zien dat het curriculum op middelbare scholen daarop wordt ingericht. Dat je beter geholpen wordt in het geletterd raken in financiën. De economieles lijkt me daar fantastisch geschikt voor om dat te behandelen.

Jeroen: En dan ook op de middelbare school?

Job: Ja, maar het begint misschien zelfs al op de basisschool. Je hebt daar bijvoorbeeld het project ‘Bank voor de klas’ — dat is supergoed.

Jeroen: Ja, al is het maar één uur per week waarin je, gewoon in de vierde, vijfde of het laatste jaar van je opleiding — MAVO, VWO, wat het ook is — leert hoe je een aangifte inkomstenbelasting invult. Of wat box 1, 2 of 3 inhoudt. Gewoon een paar hele basic dingen, dat zou al mooi zijn. En het feit dat ouders dat blijkbaar minder doen — heb je daar een reden voor?

Job: Nee, ik denk dat dat generationeel is. Dat dat door de tijd heen zo gegroeid is. De basisdingen gaan meestal nog wel goed, denk ik. Kinderen krijgen zakgeld. Ze leren dat zakgeld niet oneindig is. Ze zetten het op een spaarrekening als ze een grote uitgave willen doen. Dus die basisvaardigheid zit er vaak wel in. De vraag is: gaat het ook een laag dieper? En kan je het iedere ouder kwalijk nemen dat ze die verdieping niet bieden? Nee, dat denk ik niet. Ik geloof dat opvoeding belangrijk is — ook als het om voeding gaat, bijvoorbeeld — maar niet alles kun je van ouders verwachten.

Waar ik wel vind dat verantwoordelijkheid ligt, is bij financiële instellingen. Ik roep de sector ook graag op om daar serieus naar te kijken. Het is in mijn ogen ook onze verantwoordelijkheid om die geletterdheid op niveau te brengen.

Jeroen: Ja, en wat moeten banken daar dan aan doen, bijvoorbeeld?

Job: Nou, wat wij doen — als het gaat om sparen en beleggen — is dat we daar een academy voor hebben. Daar bieden we continu nieuwe informatie aan. Goede informatie, over wat sparen en beleggen is. Niet alleen uitleg over wat een ETF is — dat is ook leuk om te weten — maar ook hoe je een portefeuille samenstelt. Hoe je spaart, en wat verstandig sparen is.

Jeroen: Gaan mensen dat dan doen? Want dat vraag ik me altijd af. Er is natuurlijk ontzettend veel kennis beschikbaar, zeker nu met al die ChatGPT-achtige tools. Ik kan heel makkelijk uitvinden wat een ETF is, hoe het werkt, waar ik ze kan vinden en afsluiten. Maar het feit dat die informatie beschikbaar is, betekent nog niet dat ik er ook iets mee ga doen.

Job: Ja, dat is het lastige. Want een financiële instelling kan natuurlijk niet afdwingen dat je je financieel geletterd opstelt. Nou ja, kan wel — de vraag is alleen of je dan nog veel klanten overhoudt. Er zitten bepaalde wettelijke vereisten in. Als het gaat om complexe producten bij beleggen, dan moet je als financiële instelling bijvoorbeeld een kennis- en ervaringstoets afnemen. Dat zit goed. We kijken ook: op het moment dat een klant gaat beleggen, heeft die dan voldoende kennis van beleggen? Dus de regelgever heeft dat wel degelijk in de smiezen. Maar dat is vooral vanuit een risicoperspectief: snapt deze klant het goed genoeg om geen onverantwoorde risico’s te lopen?

Ik zou het willen omdraaien: is deze klant geletterd genoeg om überhaupt te begrijpen wat sparen en beleggen zijn? Daar kan ik als bank geen verantwoordelijkheid voor nemen. Heel simpel. Maar ik zou het wél heel mooi vinden als we die kennis al vanaf jonge leeftijd opbouwen.

Jeroen: Stel nou even als voorbeeld: jij en ik beleggen niet — even hypothetisch. We hebben wel spaargeld. Hoe krijg je dan Job Mantz en Jeroen Broekema aan het beleggen? Hoe moet je dat als bank aanpakken? Want je wilt ook niet mensen pushen, het is niet voor iedereen per se goed. Je moet eerst überhaupt achterhalen of het bij iemand past. Maar hoe nudge je dan? Want je denkt toch vaak in nudges. Hoe krijg je mensen op een speelse manier op z’n minst tot het punt dat ze het overwegen?

Ik ben zelf zo iemand: ik heb altijd gespaard, en ben pas op een bepaald moment gaan beleggen. Maar stel dat ik dat nog niet deed — hoe krijg je mij die kant op?

Job: Als je kijkt naar België en Malta — kan ik toevallig heel mooi vergelijken — dan zie je dat beleggen daar veel meer onderdeel is van de cultuur. In België gaat het dan vooral om beleggingsfondsen, in Malta is er een sterke obligatiemarkt. Daar zit het echt ingebakken: als je vermogen wilt opbouwen in Malta, ga dan in staats- of bedrijfsobligaties. In België zijn beleggingsfondsen het standaardmiddel.

In Nederland zit die cultuur er niet op dezelfde manier in. Hier geldt: als je vermogen wilt opbouwen, ga je sparen. En dat is goed — laat ik dat vooropstellen. Sparen is goed. Maar beleggen levert op de lange termijn vaak meer vermogen op, als je het verstandig doet. De geschiedenis ondersteunt dat ook.

Hoe krijg je mensen dan zover? Op dit moment komt het echt neer op uitleggen. Uitleggen dat lange termijn beleggen méér oplevert. Alleen: de tools die wij als bank hebben om dat te doen, zijn beperkt. We zitten in een gereguleerde omgeving. We kunnen niet zeggen: je gaat gegarandeerd vermogen opbouwen. Want dat is niet gegarandeerd. Punt. En dat is precies wat die Instagram-boys wél kunnen zeggen: “Ik heb gegarandeerd geld verdiend.” Maar dat klopt natuurlijk niet.

Jeroen: Ja, interessant. Je hebt eigenlijk twee groepen. De ene groep is te risico-avers: die zegt — terecht — sparen is veiliger dan beleggen. Dat is ook gewoon een feit. En aan de andere kant heb je een groep die juist veel te veel risico neemt. Dat noem ik dan maar hardcore speculeren, dat heeft niks meer met beleggen te maken. Dat zijn mijn woorden, maar het zit natuurlijk niet in dezelfde hoek.

Misschien lijkt het nog een beetje op beleggen als je crypto koopt en dat heel breed spreidt voor de komende twintig jaar, maar zelfs dan moet je je afvragen of dat écht beleggen is — de onderliggende waarde is heel anders.

Maar goed, terug naar de kern: die groep die te veel risico neemt laat ik nu even buiten beschouwing. Het gaat nu om de andere kant: de risico-averse groep. En je zegt: dat zit diep in onze cultuur. Dus is het vooral een kwestie van blijven uitleggen? Podcasts maken, artikelen schrijven, dat soort dingen? Doen financiële instellingen wat jou betreft voldoende? Jullie doen het zelf — proberen je steentje bij te dragen. Maar de grootbanken hebben natuurlijk veel meer gewicht, als het gaat om het aantal klanten. Doen zij genoeg? Want hoe geletterder je bent, hoe groter de kans dat je gaat beleggen — dat zou mijn hypothese zijn.

Job: Ja, dat. Maar sowieso is het voor de economie beter als iedereen financieel geletterder is. Ik denk dat het veel meer in het onderwijs, in het curriculum moet zitten. Het Nibud doet al veel, en ook de overheid zelf heeft diverse voorlichtingscampagnes over financiële geletterdheid.

Jeroen: Helder. Tot slot: zijn er nog andere dingen waarvan jij zegt — dit moeten we in de financiële sector echt in de gaten houden als het gaat om financiële geletterdheid? Want dat is natuurlijk precies de doelgroep van deze podcast.

Job: Ja, ik denk dat het mes hier aan meerdere kanten snijdt. Want als je financieel geletterd bent, ben je ook geneigd om andere financiële producten af te nemen. En dus kan het ook commercieel beter uitpakken. Ik zou liegen als ik hier zou zitten en zou zeggen dat ik dit alleen doe vanuit financiële geletterdheid. Natuurlijk heb ik ook een commercieel belang als bank. En het is in mijn belang als iemand financieel geletterd is. Enerzijds omdat diegene dan snapt, weet, begrijpt welke financiële producten wij aanbieden — en anderzijds omdat die persoon dan ook een financieel product bij ons afneemt. Dus dat is een kans, ook als bank. Ik denk dat je dat niet moet zien als een beperking of als een probleem. Het is juist een probleem waar je als financiële instelling zelf een oplossing voor kunt aandragen. En terecht wat jij opmerkte: zijn het wel de klanten die de oren hebben om dat te horen? Dat is altijd lastig. Maar we hebben wel een kans.

Jeroen: Het commerciële belang is — even mijn woorden, jij moet maar corrigeren als het niet klopt — dat een belegger uiteindelijk interessanter is voor een financiële instelling dan een spaarder. Bij een spaarder pak je alleen de rentemarge ten opzichte van wat je zelf inkoopt voor dat geld. Terwijl een belegger gewoon fee-inkomsten genereert. En dat is natuurlijk wat financiële instellingen op dit moment erg prettig vinden.

Job: Ja, en het zijn langetermijnklanten. Want als het goed is, zijn het ook langetermijnbeleggingen. Dus je krijgt ook langetermijncommitment van zo’n klant. En dat is commercieel natuurlijk interessanter.

Jeroen: En krijgen jullie klanten een beetje van het sparen naar het beleggen? Even heel dicht bij huis.

Job: Ja, en dat hebben wij gedaan door een product in de markt te zetten dat lijkt op sparen. Het is absoluut geen sparen, maar het lijkt erop omdat je iedere maand een bedrag stort. En dat bedrag gaat — als het goed is — in waarde stijgen. Geen garantie. En dat is een vermogensbeheerproduct dat we aanbieden. Dat lijkt op sparen, en dan denken mensen ineens: hé, dat is interessant. Want ik hoef me niet druk te maken over keuzes. Over welke beleggingen interessant zouden kunnen zijn.

We hebben sinds kort ook beleggingsplannen. Daar lijkt het ook erg op. Dus wij halen de keuze bij klanten weg — of beter gezegd: we halen de stress weg die beleggen met zich meebrengt. Namelijk de keuzestress. En we maken het makkelijk en toegankelijk door het maandelijks te maken. Net zoals ze dat bij sparen gewend zijn. Maar toch blijft er een drempel. Want beleggen kent risico’s. Je kunt je inleg verliezen. En dat zinnetje vinden mensen heel spannend.

Bij sparen daalt je rente ook, zeker als je een vrij opneembare rekening hebt. Dus de garantie dat je dezelfde rente houdt, is ook niet gegeven. En op die manier kijken wij ernaar. We zijn daar best succesvol in geworden, om klanten daarvoor interesse te laten krijgen. Zijn het er veel? Nee. Het zijn nog steeds primair spaarklanten.

Jeroen: Tot slot — we zouden drie onderwerpen behandelen. Volgens mij hebben we dat heel keurig gedaan. We zouden het hebben over jouw verhaal, over financiële geletterdheid, en over MeDirect. Heb jij nog final thoughts — in goed Nederlands — over een van die drie, of allemaal?

Job: Qua MeDirect: ik hoop dat iedereen nu een beetje weet wie MeDirect is. Voel je vrij om contact met mij op te nemen als je nog vragen hebt, uiteraard. Maar ik hoop dat het duidelijk is wie wij zijn en waar we voor staan.

En qua financiële geletterdheid: nogmaals mijn oproep aan de markt. Help de markt beter te worden door de hele Nederlandse samenleving financieel geletterd te maken. Dat is in het belang van de economie, dat is in het belang van de mens, en dat is ook in het belang van de bank of financiële instelling waarvoor je werkt. Dus dat is denk ik de final thought die ik wil meegeven: wij doen het — jullie kunnen het ook.

Jeroen: Prachtig. Zou een heel mooi einde geweest zijn — ware het niet dat ik dan het derde onderwerp zelf nog even moet invullen. Namelijk: Job, heb jij nog een tip voor iemand die nu start in de financiële sector? Misschien is het wel de Job van… hoe lang geleden? Vijftien jaar? Hoe lang is het geleden dat je bent begonnen met werken?

Job: Zoiets — ja, zestien jaar geleden.

Jeroen: Een redelijk goede gok dus. Heb je nog een tip aan de Job van toen? Maar het mag ook gewoon überhaupt zijn: een tip aan iemand die nu uit de schoolbanken komt en in de financiële sector gaat werken. Wat zou je hem of haar willen meegeven?

Job: Dat de financiële sector onwijs leuk is. Het kan ook onwijs frustrerend zijn, omdat je in een gereglementeerde omgeving zit. En dat heeft beperkingen. Maar qua carrièretip: probeer zoveel mogelijk onderdelen van de bank te leren kennen. Als je dat doet, bouw je echt een onwijs goede kennis op. En daarmee bedoel ik niet per se dat je alles moet leren over beleggen, sparen of betalen — productkennis is ook belangrijk — maar kijk ook naar bijvoorbeeld een klantenservice of een AML-afdeling van een bank. Als je de kans krijgt om daar ervaring op te doen: doe het.

Shop, zou ik zeggen, zoveel mogelijk bij verschillende afdelingen binnen een bank. Je leert er onwijs veel van en je gaat de connecties tussen alle partijen zien.

De beste tip die ik kan meegeven om te starten — als je je eerste baan mag kiezen (en dat klinkt misschien een beetje raar, maar ik gun het iedereen) — ik bouw hem even op, hè — en dat kan je nu al doen, zelfs als je nog student bent: begin bij de klantenservice van een bank.

Mijn beste ervaring toen ik zelf student was, was werken bij BinckBank op de salesafdeling, de klantenservice van de bank. Je leert namelijk echt begrijpen wat je als bank doet voor je klant. Je leert de klant kennen. Je leert de processen van de bank kennen. Je leert de producten goed kennen. En dat is echt de bakermat van een bank.

Ik durf wel te zeggen: de belangrijkste afdeling van een bank is de klantenservice, of in elk geval een afdeling met klantcontact. Als je daar je carrière kunt starten — doe dat. Want in alle functies die je daarna nog gaat hebben binnen de bancaire sector of bij een financiële instelling, heb je daar 100% profijt van.

Jeroen: Job Mantz, mooi einde van deze podcast wat mij betreft. Ik ga je zo na afloop nog een kleinigheidje geven — ook aan je collega Roy, die hier bij me bezig was — als dank dat jullie hierheen zijn gekomen en deze podcast met mij wilden maken.

Job Mantz, countrymanager van MeDirect, heel veel dank. Ik zal ook linken naar iets wat ik me tijdens deze opname realiseerde: we hadden het ongeveer twee jaar geleden in de podcast ook al over beleggen, en over de vraag waarom Nederlanders niet beleggen. En nu hebben we het er feitelijk weer over gehad. Dus misschien moeten we over een jaar of twee nog eens inchecken en kijken waar we dan staan — en of de markt zich inmiddels heeft veranderd of niet.

Voice-over: Ja, graag gedaan. Dit was Leaders in Finance. We hopen dat je deze aflevering met veel plezier hebt beluisterd.We stellen je feedback erg op prijs. Wat houd je bezig en over wie wil je meer horen? Laat het ons weten via een review, op onze social media kanalen of gewoon direct via een e-mail. We kunnen het erg waarderen als je dat doet. Tot slot danken we onze partners voor hun steun. Dat zijn Kayak, EY, MeDirect en Roland Berger. Benieuwd wat we nog meer allemaal doen? Volg ons of kijk op leadersinfinance.nl. Tot de volgende Leaders in Finance en bedankt voor het luisteren.